DAG 7, 5 JULI 2012: ELVIS!
Bij het Hyatt hebben ze het beste ontbijt tot nu toe. Een uitgebreid aanbod inclusief lekkere warme skillets (warme broodjes met avocado, ham en ei, heerlijk. Om de lange wachtrijen bij Graceland te vermijden, hebben we gezamenlijk besloten (nou ja, Pa dicteert en de rest moet mee) om vroeg te beginnen. Als één van de eerste auto’s rijden we dan ook het parkeerterrein op, en als één van de eersten hebben we kaartjes. We kunnen stipt om 09.00uur met de tour mee. Het aanbod aan kaartjes is zeer uitgebreid; je hebt een soort basiskaart met alleen de Graceland Mansion, een platinum pakket met de Mansion plus auto’s, vliegtuigen en nog wat andere tentoonstellingen en een VIP pas waar nog een aantal extra’s bijzitten. Wij kozen het platinum ticket.

Je begint de tour in de hal waarna woonkamer, slaapkamers, keuken en de jungleroom volgen. Deze bevinden zich allemaal op de begane grond en bevinden zich nog in de staat van 1977, het jaar van Elvis’ dood. De bovenverdieping kan niet bezocht worden, maar de tour gaat wel door de kelderverdieping. Daar zie je nog een gigantisch drukke chillroom (maar wel supercool) met o.a. een groot biljart, en een luxe TV room waar Elvis naar drie TV’s tegelijk keek (in de laatste jaren van zijn leven waarschijnlijk naar zes TV’s tegelijk, dus hij had kosten kunnen besparen door slechts anderhalve TV te kopen. Dan had ie er ook drie gezien....). Daarna loop je een stuk door lange gangen die werkelijk helemaal vol hangen met al zijn gouden en platina platen. Hij schijnt nog steeds de artiest te zijn die het meeste platen ooit heeft verkocht.

De hele tour volg je trouwens via een uitmuntend werkend audiosysteem met koptelefoon. Je kunt het helemaal aan je eigen tempo aanpassen en ook kun je alles zo vaak herhalen als je maar wilt. Echt een aanrader. Buiten zie je een schuur, een paardewei en zijn voormalige racketbalcourt (een soort squashbaan). Deze is nu ook voorzien van allemaal gouden platen en veel van Elvis’ kledingstukken (allemaal maatje 48, dus uit zijn vroege periode zullen we maar zeggen). De mansion tour wordt afgesloten met een rondgang bij de familiegraven. Elvis ligt hier naast zijn ouders en het geheel maakt, kitsch of geen kitsch, toch wel indruk. Al met al vonden wij Graceland echt de moeite waard. Een must als je naar Memphis gaat!

Aan de overzijde van de straat kun je de autocollectie van Elvis bezoeken (leuk), de vliegtuigen (ook leuk) en een tentoonstelling genaamd ‘sincerely Elvis’; een overzicht van attributen en uitspraken van andere artiesten, maar die wel allemaal iets met Elvis te maken hebben. Best aardig. De laatste twee coupons van ons platinum ticket hebben we gebruikt, maar bij elk van beiden stonden we binnen vijf minuten weer buiten. Dit zijn twee veredelde giftshops met allerlei Elvis prullaria; alleen interessant voor de écht die hard fans. Linda vraagt ook nog waarom iemand in hemelsnaam een nummer zou schrijven over blue suede shoes? Moet je echter niet aan Elvis vragen: die schreef geen enkel nummer zelf.............

Rechtsreeks van Graceland rijden we in Memphis naar een ander hoogtepunt in de muziekgeschiedenis: the Sun studio.

Nog steeds gevestigd in het originele gebouw sinds 1950 en er hangt ontegenzeglijk een heel leuk sfeertje.

Het sfeertje wordt, als de tour begint, nog veel leuker door toedoen van Jason, onze gids. Echt een superenthousiaste verteller die je helemaal mee terug neemt naar de 50-er en 60-er jaren. Hij vertelt honderduit over het ontstaan van de rock ’n roll en over de vele artiesten die hier hun platen opnemen en hebben opgenomen. Het feit dat er tijdens de tour ook veel geluidsfragmenten gebruikt worden heeft zeker toegevoegde waarde. Zo horen we o.a. een van de eerste Rock ’n Roll nummers waarvan Jason ons voorspelt dat we allemaal het liedje kennen, maar niet de titel. En dat klopt: het is het nummer ‘bear cat’. Dit klinkt bijna identiek aan ‘hound dog’, maar is niets meer of minder dan het muzikaal antwoord op de originele versie van ‘hound dog’. Elvis’ versie van ‘hound dog’ werd pas later uitgebracht en was een cover.
In de originele opnameruimte hangen foto’s van de fab four die hier tegelijkertijd opnamen (Elvis, Johhny Cash, Jerry Lee Lewis & Carl Perkins) en van Elvis zelf, die hier zijn allereerste nummers opnam. En met Carl Perkins hebben we meteen de persoon te pakken die blue suede shoes schreef. Hij deed dit omdat hij ooit een optreden gaf waarbij er een jongen vooraan in het publiek blauwe suede schoenen aan had die hij probeerde te beschermen tegen andere personen uit het publiek die het minder nauw namen met de schoenhygiëne. Aan het einde van de tour mag iedereen van Jason met de originele Elvis microfoon op de foto. Wat een eer!
Als je nu voor Graceland toch in Memphis bent, sla dan deze Sun Studio’s niet over. Leuk en leerzaam als je maar enigszins van muziek houdt.

Na deze ochtend vol muziek gaan we op zoek naar serieuzere business, namelijk het National Museum of Civil Rights in downtown Memphis. Voordat we daar echter naar binnen gaan bezoeken we eerst de Bluff Coffee Corner, een hippe koffietent op Main Street. Het is er trendy ingericht en er hangen heel mooie oude zwart wit foto’s aan de muur. De typische oude trams rijden hier precies voor het pand langs.

Bij de koffiehoek moeten we lang wachten op onze –dure- broodjes grilled cheese, california sjikkiiiiiiiiiiiiiiiin (chicken), en bagel met turkey egg en cheese. Alleen het broodje van Anja is ècht lekker. Al had ze er wel wat ketchup op gelust. Die hebben ze hier niet. Er kan vanonder de baliezegge en schrijve 1 (één) klein zakje Heinz boven water getoverd worden waarvan we liever hadden gehad dat het ècht van onder water boven was gehaald, want nu was het te groezelig om aan te pakken. Deze ervaring zullen we later deze vakantie nog eens hebben. Dan echter niet met ketchup maar met Diet Coke: GOOR!!!!!! Die ze hier overigens ook niet hebben. Stel je voor: in Amerika en geen ketchup én geen Diet Coke. Rare jongens hier bij de Bluff Coffee Corner.
Dan naar het museum. Een raar museum. Met een rare ervaring. Om te beginnen ziet het museum er aan de voorkant precies zo uit als een motel in de jaren zestig. Om precies te zijn: als het Lorraine motel in Memphis. Nog preciezer: als het Lorraine motel in Memphis op 4 april 1968. En nog een trapje hoger: het ìs het Lorraine motel in Memphis van 4 april 1968. Het motel waar op die dag Martin Luther King vermoord werd is bewaard gebleven en maakt nu – zowel van binnen als van buiten – deel uit van het museum. Da’s voorwaar al een uniek begin. Onder het balkon waar hij werd dood geschoten staan nog dezelfde auto’s als toen.

We gaan het American Museum for Civil Rights binnen en kopen kaartjes. Een museum gewijd aan de strijd van de Afro American tegen de blanke overheersing vanaf de slavernij tot op heden. Als eerste lopen we de openingszaal in, waarna we toch maar besluiten om elk een audioset te gaan halen; dat is vanochtend bij Graceland zo goed bevallen dat het hier ook wel goed zal zijn. En, buiten het feit dat Linda’s exemplaar tot twee maal toe kapot gaat, is dat ook zo. Er draait ook een film. We zijn nog net op tijd om de vertoning van 2 uur bij te wonen: we gaan de zaal binnen en zien dat er nog net genoeg plaatsen vrij zijn. Ook zien we dat de overgrote meerderheid van de aanwezigen Afro American is; wij zijn zo goed als de enige blanken. De film is best indrukwekkend. Af en toe klinkt er spontaan applaus op uit de zaal. Voor een film! We weten eigenlijk niet zo goed of we nou mee moeten klappen, juist ‘onzichtbaar moeten opgaan in de massa’ (hetgeen in het donker voor ons als blanken veel lastiger is dan voor hen) of dat we gewoon moeten blijven zitten. Het wordt het laatste. Als de film is afgelopen voelen in ieder geval Ellen en ik ons toch lichtelijk bezwaard in deze omgeving en binnen dit gezelschap. Een wat oncomfortabel onderbuikgevoel. Als Anja nog een stel andere blanken ziet, zegt ze: gelukkig zijn er nog bondgenoten. Dit wordt dan later weer omgedoopt in blondgenoten. Om het duidelijk te houden.
De zaal waar we vervolgens in komen maakt het er voor ons gevoel niet beter op. Bordjes met rare opschriften en witte pakken met drie K’s er op die je liever niet wilt zien. De audiobegeleiding blijkt wederom een wijze keus, want zo kun je zonder alle teksten helemaal te moeten lezen, toch alles eenvoudig meekrijgen. Van uitgebrande bussen omdat er zwarte Amerikanen in zaten, tot complete jachtpartijen met geweren op zwarte medeburgers. Aan het einde van het museum kom je terecht in de toenmalige kamer van Martin Luther King. Zijn hele verhaal en de aanloop en aanleiding tot zijn moord heb je dan door midel van de tour door het museum meegekregen. Een indrukwekkend eind. In de obligate afsluitende giftshop zijn t-shirts te koop met een originele tekst: ERACISM

Het is nu bijna vier uur en we hebben dus nog een paar minuten om de laatste tour te halen van de Gibson Guitar factory. Als een speer rijden we er naar toe en zijn net op tijd. Maar helaas: uitverkocht. Dan gaan we maar de tweederangs bezienswaardigheden van Memphis bekijken: we parkeren voor het Peabody hotel en gaan naar het Billy Bass Rescue Center. Dit is een typisch Amerikaans verhaal: iedereen die wel eens in de VS is geweest, en waarschijnlijk ook velen die er nog nooit zijn geweest, kent wel:

Inderdaad: de sprekende vis die aan de muur gehangen dient te worden als een quasi trofee uit de dagen dat vissen nog leuk was. Heel veel mensen in de VS hebben een dergelijke ‘Billy Bass’ maar willen er eigenlijk vanaf. Velen komen dan ook op de schroothoop terecht of worden aan een boom vastgebonden en in het bos achtergelaten. Daarom heeft het Billy Bass Rescue Center zich over deze afgedankte dieren ontfermd en vormt het voor hen een laatste opvanghuis. Een soort asiel dus.

Annex visrestaurant........
Nadat ik snel ben terug gehold naar de auto die zonder parkeerkaartje stond te bakken in de zon, gaan we naar de grootste pyramide van de VS. En waar kan die staan? Inderdaad midden in Memphis, de stad die genoemd is naar de vrouw van Epaphus, de stichter van Memphis (Egypte).

Meer dan een foto is de pyramide niet waard. Meer kan ook niet, want hij is niet te bezoeken; staat al vele jaren leeg. Dan naar Beale Street, kern van het wereldberoemde uitgaansgebied van Memphis.

Wat een afgang. Misschien honderd meter aan weerszijden van Beale Street is nog enig leven. De winkels die er zitten zijn ook niet meer de meest up to date en het zou me niet verbazen als het hier over een jaar of vijf definitief over en sluiten is...... Bij een souvenirwinkel annex kringloopwinkel annex museum in wording vinden we nog wel wat dingen die de moeite van het vermelden waard zijn. Wat dachten jullie van een mooie bril of fashionable headgear:

Ook verkopen ze hier moonpies. En moonpies kennen we weer van onze favoriete TV serie, the Big Bang theory. Moonpie is daar namelijk de bijnaam van ons favoriete karakter: Sheldon. Als Penny hem namelijk ‘moonpie’ noemt, reageert hij met: ‘No one calls me moonpie but Meemaw. She calls me Moonpie, because I am nummy-nummy and she could just eat me up.’ Als de meemaw (oma) van Sheldon deze moonpies net zo lekker vindt als Sheldon zelf, dan moeten ze wel erg lekker zijn. We kopen er twee om te delen en ............ het eindresultaat is: dat Ellen, Linda en Anja elk een kwartje opeten en Pa een hele. Het is namelijk een soort van platgeslagen marshmallow met daarop een laagje zoete creme en dan weer zo’n platgeslagen marshmallow erop. Het geheel is dan gedoopt in chocolade. Ik vind ze nummy nummy (misschien lijk ik wel op de oma van Sheldon...?), de dames vinden ze te zoet.

Het enige wat we verder vandaag in Memphis nog op het programma hebben staan is het bijwonen van een choir rehearsal van Al Green’s Full Gospel Tabernacle. Maar aangezien deze pas om 19:00uur begint moeten we nog wat tijd doden. Recht tegenover BB King’s Bluesbar gaan we een bar/restaurant binnen waar we aangeven alleen wat te willen drinken. Naar het bargedeelte mogen we echter niet omdat de dames nog geen 21 zijn. Dan maar aan een van de restauranttafels gaan zitten en daar wat drinken. Als we de menukaart bekijken besluiten we om toch maar iets kleins te nemen. De dames kiezen voor salade en chili, ondergetekende kiest voor een lokale specialiteit, chili met tamales. Tama wattes? Tamales. Dit zijn, tja hoe zal ik dat uit gaan leggen? Toen ik vroeg wat het waren - want ik wist dit zelf natuurlijk ook niet – zei men dat het ground beef was met diverse kruiden, chili pepers en dan wrapped en fried. Als ik het nu zelf zou moeten omschrijven zou ik zeggen dat het zeer vet gehakt is met een zeer weeïge smaak, gewikkeld in een nog vettere laag vet papier, en niet lekker. Het zag er ook niet echt lekker uit:

Na het eten gaan we dan richting Al Green’s gospel. Als we er bijna zijn begint er iemand om aandacht te vragen. En wel onze Hyundai. Een luide piep en een oranje lampje schreeuwen samen het hardst om aandacht. Het piepje kan op van alles en nog wat duiden; olie, motor, gordel, lamp, etc. Het oranje lampje laat een afbeelding zien van een ietwat lekke band. Oh nee hè? Oh ja dus! Via TomTom snel de dichtstbijzijnde benzinepomp opgezocht – 600m die in de praktijk 3km zijn – en daar aangekomen al geconstateerd dat oppompen het probleem niet zal verhelpen. Tenminste, niet voor veel langer dan een seconde of 20. Band verwisselen dan maar. Helaas is het echt nog steeds snikkieheet, maar wat moet, dat moet. Eerst blijkt de krik er niet helemaal recht onder te staan, dus dat moet even opnieuw. Ondertussen heeft al iemand gevraagd of ie kan helpen, en is de brandweer gewaarschuwd om zandzakken te komen leggen wegens overstromingsgevaar. Het zweet – is er een sterker woord dan ‘gutsen’? – gutst van mijn kop en Linda staat paraat als een assistente in de O.K. tijdens een open hart operatie om het hoofd van de chirurg (in mijn geval het hoofd van de amateuristische bandenoplegger) af te deppen (in mijn geval af te deeeeeeeeeepppppeeeeeeen). Jesus, wat is het warm! Uiteindelijk hebben we wel binnen vijftien minuten de band verwisseld en zijn we weer op weg naar de kerk. We zijn nu wel twee minuten te laat, maar hé, we hadden een lekke band hè! Helaas voor ons blijkt alle haast tevergeefs: de kerk is dicht en Al Green, noch blauw, noch rood, noch zwart zijn te bekennen. Wat nu? Aangezien we dicht bij het vliegveld van Memphis zijn, stel ik voor om maar even een nieuwe band op te gaan halen bij de lokale Alamo autoverhuur vestiging. Stiekem hoop ik erop dat ze de auto in zijn geheel omruilen; de Hyundai bevalt zowiezo niet super en de cruise control werkt ook niet optimaal. Veertig minuten later zitten we met z’n allen in spiksplinternieuwe goudkleurige Kia Sorento met slechts vier kilometer op de teller. Ik overdrijf: het moet zijn zijn slechts zes komma vier kilometer op de teller (4 mijl...).
Er werd bij Alamo inderdaad niet moeilijk gedaan en meteen omgewisseld. De auto ruikt nog lekker nieuw en de cruise control werkt perfect! Vanaf de luchthaven van Memphis is het nog ongeveer 1878 kilometer rijden naar het Statue of Liberty in New York City. Dat is erg ver. Omdat een aantal zeer gelovige inwoners van Memphis dat helemaal met me eens was, hebben ze er hier ook een gebouwd:

Ergens in een buitenwijk staat Miss Liberty hier te pronken met een kruis in haar hand. Zomaar bij een willekeurige kruising bij een willekeurige kerk. We nemen wat fotootjes en gaan vervolgens op zoek naar een heel groot boedhabeeld dat hier vlakbij moet staan. Dat kunnen we echter niet vinden. Dan maar eten. Bij Chick-fill-A in dit geval-A.
Het is duidelijk dat hier geen hamburgers of pork chops geserveerd worden: sjikkiiiiin is the word. Ze smaken heerlijk. Dat geldt ook voor de salads. En de brownies. En de shakes....... Daarna weer naar het hotel. Anja geeft hier – totaal onverwacht en in het aanschijn van niet alleen manlief maar ook haar dochters - een miraculeuze balletvoorstelling; Nurejev is er niks bij! Linda is grappig. Bis morgen!
States visited: All except Alaska & Hawaii. Correction: all !